🔎 Onderzoeksvraag
Hoe ervaren leerlingen de manier waarop fouten in de klas worden benaderd, en welke impliciete boodschappen krijgen zij daaruit over leren en presteren?
🎯 Doelstelling van het onderzoek
De student wil inzicht krijgen in:
Welke impliciete boodschappen leerlingen ontvangen bij het maken van fouten;
Hoe deze boodschappen hun motivatie, faalangst of leerhouding beïnvloeden;
Hoe hij/zij als leerkracht een meer groeigerichte foutencultuur kan stimuleren.
🏫 Onderzoekscontext
Waar? In de klas waar de student stage loopt (2e of 3e graad secundair onderwijs).
Wanneer? Tijdens een periode van minstens 2 weken.
Wie? De leerlingen van de stageklas (10 à 25 leerlingen, afhankelijk van schooltype).
🧪 Onderzoeksmethoden
1. Lesobservatie (m.n. omgang met fouten)
Observatieschema gericht op hoe de leerkracht (en leerlingen) omgaan met fouten.
Let op taalgebruik, reacties, klassfeer, evaluatiepraktijken.
2. Korte vragenlijst (anoniem)
Likert-schaal + open vragen rond ervaring met fouten maken.
Focus op: veiligheid, leermomenten, schaamte/angst, feedbackcultuur.
3. Reflectie op eigen les (fouten benoemen als leerkans)
Student geeft zelf een les waarbij fouten bespreekbaar worden gemaakt (bv. via klassikale bespreking of modelleergedrag).
Nadien reflecteert de student op de reacties van de klas.
4. Klassikale mini-discussie of exit-ticket (optioneel)
Eén korte vraag op het einde van de les, bv. “Wat heb jij vandaag geleerd uit een fout (van jezelf of iemand anders)?”
🧰 Onderzoeksinstrumenten
📋 A. Observatieschema (foutenbenadering)
Aspect
Wat observeer je?
Voorbeelden / Notities
Hoe reageert de leerkracht op fouten?
Corrigeert, negeert, legt uit…
“Goed dat je dat zegt, maar kijk eens naar…”
Wat gebeurt er als een leerling publiekelijk een fout maakt?
Lacht men? Corrigeert men? Gebeurt er iets positiefs?
Worden fouten gebruikt als leermomenten?
Wordt uitleg gegeven over waarom het fout was?
Hoe reageren klasgenoten op fouten van elkaar?
Hulp, spot, stilte?
Is de sfeer veilig?
Durven leerlingen hun mening geven of risico nemen?
📝 B. Vragenlijst voor leerlingen (anoniem, 5-10 minuten)
Stellingen (schaal 1–5):
In deze klas voel ik me veilig om een fout te maken.
Fouten worden hier gebruikt om iets te leren.
Als ik een fout maak, schaam ik me.
De leerkracht moedigt ons aan om te proberen, ook als we het niet zeker weten.
We praten soms over hoe we iets anders kunnen aanpakken als het fout ging.
Open vragen:
Wat gebeurt er meestal als iemand een fout maakt in deze klas?
Heb jij ooit iets geleerd van een fout in de les? Wat dan?
Wat zou de leerkracht kunnen doen om fouten bespreekbaarder te maken?
🗣️ C. Exit-ticket / klassikale vraag (optioneel)
Vraag op het einde van een les:
"Wat is één ding dat jij geleerd hebt vandaag… door een fout (van jezelf of iemand anders)?"
Laat leerlingen dit kort opschrijven op een papiertje of digitaal indienen.
📈 Data-analyse
Observatie: orden op thema’s (fouten benoemen, emotionele sfeer, feedbackstijl).
Vragenlijst: vat scores samen in een tabel of grafiek; groepeer open antwoorden thematisch.
Eigen lesreflectie: beschrijf hoe je bewust fouten benaderde en wat het effect leek.
Exit-tickets (indien gebruikt): verzamel enkele opvallende reacties als illustratie.
✏️ Rapportage (structuur)
Titel: “Fouten maken moet – of niet? Een onderzoek naar impliciete boodschappen rond fouten in de klas”
Inleiding: situering, belang van een groeigerichte foutenbenadering
Onderzoeksopzet: wie, waar, hoe lang, welke methodes
Resultaten: observatie, bevraging, eigen les, eventueel exit-tickets
Interpretatie en reflectie: Wat zeggen de resultaten? Wat zou jij als leerkracht doen?
Aanbevelingen: Wat kan beter in foutencultuur? Hoe dit implementeren?
Bijlagen: vragenlijst, observatieschema, eventueel screenshots of leerlingenquotes